Een nachtreceptionist van een hotel heeft een tijdelijk contract dat met zes maanden is verlengd tot 1 mei 2020.  Hij werkt in de eerste week van mei door. In die week vraagt zijn werkgever hem een brief van 29 april 2020 te ondertekenen met de bevestiging dat het contract drie maanden wordt voortgezet. Hij weigert te tekenen en wordt naar huis gestuurd.

Schriftelijke aanzegging

Volgens het hotel is op 30 maart met de receptionist gesproken over een tweede verlenging van het contract met drie maanden. Maar dat is volgens de rechter niet relevant.

De rechter bevestigt dat het hotel verplicht was uiterlijk een maand voor het einde van de tweede arbeidsovereenkomst (1 mei 2020) de receptionist schriftelijk te laten weten of het de arbeidsovereenkomst daarna wilde voortzetten en zo ja, onder welke voorwaarden. Kernwoord hierbij is: schriftelijk.

Aanzegvergoeding

Op grond van de wet is de werkgever die de aanzegverplichting in het geheel niet is nagekomen, aan de werknemer een vergoeding verschuldigd gelijk aan het bedrag van het loon voor een maand. Ingeval te laat is aangezegd, is de werkgever een vergoeding verschuldigd ten bedrage van het loon over de periode dat de verplichting te laat is nagekomen.

Oordeel rechter

In dit geval is de brief na einde contract aangeboden. Dus heeft de werkgever in het geheel niet aan de aanzegverplichting voldaan. De werknemer heeft recht op een aanzegvergoeding van een vol maandsalaris, plus rente en kosten. Ook wordt de werkgever veroordeeld in de kosten van de procedure.

Voortzetting contract

Partijen zijn het erover eens dat de arbeidsovereenkomst per 1 mei 2020 in ieder geval met drie maanden is verlengd, volgens het hotel omdat dat is overeengekomen en volgens de receptionist omdat de arbeidsovereenkomst op 1 mei 2020 zonder tegenspraak is voortgezet, en daarom geacht wordt voor opnieuw zes maanden te zijn voortgezet. In deze kortgedingprocedure komt dit niet aan de orde, maar de werknemer lijkt op punten voor te staan.

Tip: Zorg er bij een tijdelijk contract van zes maanden of langer voor dat u uiterlijk een maand voor het einde van een tijdelijk contract uw medewerker schriftelijk mededeelt of en hoe dit zal worden voortgezet. Doet u dat niet of te laat, dan kan de werknemer op basis van de wet een aanzegvergoeding eisen, ook al loopt het dienstverband door. De rechter wijst de vergoeding ook gewoon toe.